Alfa Plus Module 12 Gezondheid 2

Transkript

Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Ziekenhuis Medicijnen Tandarts
Alfa Plus
Lees- en schrijfopdrachten van ANT2 B naar ANT2 C / A1
Module 12 Gezondheid 2:
Ziekenhuis
Medicijnen
Tandarts
Alma Oostvogels
Met dank aan:
Gerda Meijer
Jonneke Prins
Ria Tiekstra
Kellebeek College / ROC West Brabant 2013
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Een mooie zomerdag
Het is een prachtige zomerdag.
Ben en Maria zitten in de tuin met een kopje koffie.
‘Even uitrusten’, zegt Maria.
‘Poeh, wat heb ik het warm’, roept Ben.
‘Geen wonder’, zegt Maria.
‘We hebben wel twee uur gewandeld.
Daar krijg je het warm van !’
Het gaat heel goed met opa Ben.
Hij let nu goed op zijn gezondheid.
Hij eet bijna alleen maar gezonde dingen.
En hij gaat wel drie keer per week wandelen of fietsen .
Daardoor is hij al vier kilo afgevallen.
Ben is ook gestopt met roken.
Nou ja, niet helemaal eigenlijk.
Alleen op zondag neemt hij nog een lekker sigaartje.
De telefoon gaat.
Het is Esma, de schoondochter van Ben en Maria.
Er klinkt paniek in haar stem.
‘Jullie moeten gauw komen’, roept ze.
‘Kleine Luuk is van de schommel gevallen.
Zijn arm doet heel veel pijn.
Ik ben bang dat hij gebroken is.’
Ben en Maria schrikken erg.
‘Snel op de fiets’, roept Ben.
‘Laat die koffie maar koud worden !’
Gelukkig is de Parkstraat niet ver.
Na vijf minuten zijn ze bij het huis van hun zoon en zijn gezin.
Esma heeft kleine Luuk op haar schoot.
Hij is heel bleek en huilt zachtjes.
De andere kinderen, Bram en Fleur, staan er naast.
Zij zijn ook erg geschrokken.
Maria blijft heel rustig.
‘Luuk moet naar de Eerste Hulp’, zegt zij.
Ben, jij gaat met Esma en Luuk mee naar
het ziekenhuis
‘Ik blijf hier bij Bram en Fleur.
Want die kunnen natuurlijk niet alleen
thuis blijven.’
Kellebeek College / ROC West-Brabant
1
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
De Eerste Hulp
Na tien minuten zijn ze bij het ziekenhuis.
Esma parkeert de auto.
‘Spoedeisende Hulp’, leest zij.
‘Hier moeten we zijn.’
Opa Ben doet nu heel stoer.
‘Loop maar met mij mee’, zegt hij.
‘Ik ben hier al vaak geweest.
Dus ik weet de weg wel.’
Dat is niet waar.
Ben heeft in april bloed laten prikken.
Bij de afdeling bloedafname .
Maar niet bij de Eerste Hulp.
Daar is hij echt nog nooit geweest.
Gelukkig zien ze al snel een bordje:
HIER MELDEN
Ben ziet een man met een witte jas.
‘Ik kom voor mijn kleinzoon’, zegt hij.
‘U moet hem snel helpen.
Want hij heeft erg veel pijn !’
De man is verpleegkundige.
En hij is heel aardig.
Hij pakt de arm van Luuk.
Heel voorzichtig.
Want Luuk heeft veel pijn.
De man zegt:
‘We gaan eerst een foto maken.
En daarna roep ik de dokter.
Wij maken jouw arm weer beter.
Voor de foto moeten jullie naar de röntgenafdeling.’
‘Weet u waar dat is ?’
Iedereen kijkt naar opa Ben.
Die weet toch alles in het ziekenhuis.
Maar het hoofd van Ben wordt rood.
Hij weet het echt niet, hoor !
2
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Vragen
Schrijf het antwoord in goede zinnen.
1. Ben heeft het erg warm als hij in de tuin zit.
Hoe komt dat ? Schrijf twee dingen:
……………………………………………………………………………..
……………………………………………………………………………..
2. Wat doet Ben voor zijn gezondheid ? Schrijf drie dingen:
……………………………………………………………………………..
……………………………………………………………………………..
……………………………………………………………………………..
3. Hoe heten de drie kleinkinderen van Ben en Maria?
……………………………………………………………………………..
4. Esma belt. Er klinkt paniek in haar stem. Wat is paniek ?
( zoek het woord in het woordenboek !)
……………………………………………………………………………..
……………………………………………………………………………..
5. Ben en Esma gaan met Luuk naar het ziekenhuis.
Naar welke afdeling gaan ze eerst ?
……………………………………………………………………………..
6. Wat is het beroep van de man met de witte jas ?
………………………………………………………………
7. Er wordt een foto gemaakt van de arm van Luuk.
Op welke afdeling gebeurt dat ?
……………………………………………………………………………
3
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Maak goede zinnen
Vraag aan uw docent een kopie van dit blad.
Knip de kaartjes los en maak goede zinnen.
Plak de goede zinnen onderaan op deze bladzijde.
Let op: het eerste woord van de zin staat al goed.
Ben
zitten
in
Zij
koffie
lekker
Luuk van
Luuk
Ze
Luuk
valt
de
kopje
de kleinzoon
van
De arm
Maria
een
van
en
drinken
Ben en Maria
schommel
veel doet
tuin
is
de
pijn
naar met het ziekenhuis gaan de auto
4
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Kijk op bladzijde 4.
Schrijf alle zinnen nog een keer:
1. ……………………………………………………………………………..
2. ……………………………………………………………………………..
3. ……………………………………………………………………………..
4. ……………………………………………………………………………..
5. ……………………………………………………………………………..
6. ……………………………………………………………………………..
Maak nu deze zinnen goed.
U hoeft niet te knippen !
Geef de woorden eerst een nummer.
Schrijf daarna de goede zin.
Kijk naar het voorbeeld:
broer
-
Mijn
2
Mijn
Hij
-
Amsterdam
1
broer
-
de bus
-
woont
5
woont
-
in
naar
-
-
3
in
4
Amsterdam.
het centrum
-
met
-
gaat
…………………………………………………………………………………………………………………………………….
drie
-
woont
-
Hij
-
al
-
Nederland
-
jaar
- in
…………………………………………………………………………………………………………………………………….
vier
- heeft
- Mijn zus - dochter s - twee
- zoons
- en
……………………………………………………………………………………………………………………………………
5
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Volg de bordjes
Ben, Esma en Luuk lopen door een lange gang.
‘U moet gewoon de bordjes volgen’, heeft de man gezegd.
‘U moet naar afdeling 14.
Het is echt heel makkelijk.
Elke route heeft een eigen kleur.’
Ben en Esma kijken naar het
informatiebord.
Welke kleur moeten zij volgen ?
…………………………………………
Het is niet zo ver.
Maar Luuk heeft nog steeds veel pijn.
Hij wil echt niet meer lopen.
Opa heeft een goed idee.
‘Kijk, daar staan rolstoelen’, roept hij.
‘Jij mag lekker in een rolstoel zitten.
Dan hoef je niet meer te lopen!’
Luuk lacht door zijn tranen heen.
Een rolstoel is wel stoer.
Hij heeft nog nooit in een rolstoel
gezeten.
Dat gaat hij morgen aan zijn
vrienden vertellen.
Wat zullen ze jaloers zijn !
Ben en Esma kijken nu goed
naar de nummers op de
bordjes:
 11
 12
 13
 14
14 Röntgenafdeling
6
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Links, rechts of rechtdoor ?
Kijk nog een keer naar de bordjes met de rode nummers.
Hoe moeten Ben, Esma en Luuk lopen ?
Kies uit: linksaf, rechtsaf, rechtdoor
Bij bordje nummer 11: ……………………………………………………
Nu gaat alles heel snel.
Er wordt een foto van Luuks arm gemaakt.
En ja, inderdaad.
De arm van Luuk is echt gebroken.
Op de foto is dat goed te zien.
De breuk zit vlak boven zijn pols.
Die arm moet in het gips.
‘Kom maar mee naar de gipskamer’,
zegt de verpleegkundige.
‘Dan gaan we een mooie kleur uitzoeken.’
Een dokter kijkt naar de foto.
En hij kijkt ook naar Luuks arm.
Luuk krijgt een prik tegen de pijn.
En dan zet de dokter de botten
netjes tegen elkaar.
‘Zo, die groeien weer vast !’, zegt hij.
‘Nu mag het gips erom.
Dit gips is voor één week.
Daarna krijg je weer ander gips.’
‘Mag ik dan een nieuwe kleur ?’,
vraagt Luuk.
‘Ja, natuurlijk !’, zegt de dokter.
‘Dan neem ik vandaag blauw gips.
En volgende week oranje.
Want dat zijn mijn lievelingskleuren.’
7
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Welke kleur vind je leuk ?
Lezen en schrijven: woorden en zinnen met eu:
breuk
leuk
peuk
kreuk
keuken
kreuken
deuken
breuken
Wat is er gebeurd ?
Mijn jurk is gescheurd.
Ik heb mijn haar gekleurd.
Wie is er aan de beurt ?
De man snuit zijn neus.
Ik ruik een lekkere geur.
Een grote man is een reus.
Ik betaal met een euro.
Dat kind is een kleuter.
reus
kleur
Fleur
geur
beurt
neus
reus
keus
keuze.
Maak uw keuze.
Fleur is het zusje van Luuk.
Het kind zeurt om een ijsje.
Doe de deur dicht, a.u.b. !
Een jong paard is een veulen.
Dat meisje vertelt leugens.
Ik woon in Europa.
Naast de trap is de leuning.
Hij gaat naar de kleuterschool.
leuning
veulen
Begrijpt u alle woorden ?
Maak dan deze oefening: schrijf een woord met eu:
1. Het zusje van Luuk heet ……………………………………………..
2. Spanje is een land in ………………………………………………...
3. Wat hij vertelt is niet waar. Het zijn ……………………………..
4. Luuk heeft een ………………………. in zijn onderarm.
5. Die bloem heeft een heerlijke ………………………………………
6. Fleur is vier jaar. Zij mag naar de ……………………………….
8
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Maak nu zelf een zin.
Gebruik het woord dat voor de streep staat.
deuk
sleutel
leuk
scheur
keuken
kleur
deuk
euro
Europa

kleuterschool

Dictee: luister naar de docent.
Schrijf de zinnen.
1. ……………………………………………………………………………...
2. ……………………………………………………………………………...
3. ……………………………………………………………………………..
4. ……………………………………………………………………………..
5. ……………………………………………………………………………..
6. ……………………………………………………………………………..
9
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Veel afspraken
Esma, Ben en Luuk moeten nog even naar de balie.
‘Je hebt veel afspraken, Luuk’, zegt de assistente.
‘Ik schrijf ze allemaal op deze afspraakkaart.
Dan weet jouw mama precies wanneer je terug moet komen.’
Dit is de afspraakkaart van Luuk:
Afspraakkaart
Noordhoek Ziekenhuis
Poliklinieken tel. 0123483972
Buitenweg 78 2894 KG Postdam
Datum
Tijd
Specialist / Afdeling
Polikliniek Informatie
nummer
03-08-11 09.30
Röntgen
14
nieuwe foto
03-08-11 10.15
9
nieuw gips
12-08-11 14.45
Gipskamer, dr. Koenen
Gipskamer,
verpleegkundige
9
controle gips
31-08-11 13.10
Röntgen
14
31-08-11 13.40
Gipskamer, dr. Koenen
9
nieuwe foto
gips mag
eraf
14-10-11
Dokter Koenen
23
eindcontrole
11.35
Wilt u de afspraak annuleren of wijzigen, belt u dan het telefoonnummer dat vermeld staat.
Wij proberen u zoveel mogelijk op het afgesproken tijdstip te helpen.
‘Gelukkig is het zomervakantie’, zegt Esma.
‘Nu hoeft Luuk geen lessen te missen op school.’
Ja, dat klopt;
Als Luuk na de vakantie naar groep 3 gaat, is het gips er al af.
Esma doet de afspraakkaart in haar tas.
Ze zijn nu echt helemaal klaar.
‘Heb je nog pijn ?’, vraagt opa Ben aan Luuk.
Luuk lacht: ‘Nee, het doet geen pijn meer.
Ik vind mijn blauwe arm wel heel stoer !’
‘Dan gaan we nu een ijsje eten’, zegt opa.
‘Voor de schrik !’
10
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Moeilijke letters
De assistente in het ziekenhuis gebruikt geen
blokletters.
Ze schrijft de woorden aan elkaar.
Daarom is het soms moeilijk om de woorden
te lezen.
Vul daarom de afspraakkaart nog een keer in voor Luuk.
Schrijf nu alles in blokletters.
Afspraakkaart
Noordhoek Ziekenhuis
Poliklinieken tel. 0123483972
Buitenweg 78 2894 KG Postdam
Datum
Tijd
Specialist / Afdeling
Polikliniek Informatie
nummer
Wilt u de afspraak annuleren of wijzigen, belt u dan het telefoonnummer dat vermeld staat.
Wij proberen u zoveel mogelijk op het afgesproken tijdstip te helpen.
Geef nu antwoord op de vragen:
1. Wat is de naam van het ziekenhuis ?
……………………………………………………………………………..
2. Hoeveel afspraken heeft Luuk in augustus ? ……………………..
11
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
3. Welke afspraak is niet in augustus ? Op …………………………
om ………………….. met dokter ……………………………………..
4. Op welke datums heeft Luuk twee afspraken op één dag ?
………………………………… en ……………………………………
5. Hoe laat moet Luuk op 12 augustus in het ziekenhuis zijn ?
om ………………………… in polikliniek nummer ………………..
6. Op welke datum is de afspraak om tien over half twee ?
op ………………………… bij dokter ……………………………….
7. Onderaan de afspraakkaart leest u dit:
Wilt u de afspraak annuleren of wijzigen,
belt u dan het telefoonnummer dat vermeld staat
Zoek op in het woordenboek:
annuleren: ……………………………………………………………….
wijzigen: ………………………………………………………………….
Welk telefoonnummer moet Esma bellen als zij een andere
afspraak wil ?
……………………………………………………………..
12
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Bordjes
Als Esma en Ben samen met Luuk door de gangen van het
ziekenhuis lopen, zien ze veel bordjes met informatie.
Sommige bordjes zijn makkelijk.
Luuk kan nog niet lezen, maar deze bordjes begrijpt hij wel.
Weet u ook wat de bordjes betekenen ?
Kies uit deze woorden:
uitgang - ziekenhuis - rolstoelen - verboden te roken - toiletten - lift
parkeerplaats - ingang - informatie - telefoon - eerste hulp - trap
restaurant - verboden te parkeren - verboden toegang - koffie - rechtsaf
……………………..
………………………
…………………….
………………………
………………………
……………………..
…………………………………………………………
…..……………….
…………………………………………………………
……..…………….
13
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
……………………
………………………
…………………….
……………………
………………………
.....…………………
……………………..
..……………………
…………………….
…………………….
………………………
…..………………...
……………………
……………………….
…….……………….
……………………
………………………
……………………..
……………………
………………………
…………………….
……………………
………………………
…………………….
14
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Pijn
Het is 11 uur ’s avonds.
Manuel en Esma kijken naar het nieuws op de televisie.
Dan horen ze Luuk huilen.
Hij staat boven aan de trap.
Dikke tranen rollen over zijn wangen.
‘Mijn arm doet zo veel pijn’, huilt hij.
Wat moeten ze doen ?
Luuk heeft van de dokter een prik gehad.
Een prik tegen de pijn.
Maar die werkt nu niet meer.
Manuel kijkt op de klok.
Het is 23.15 uur.
‘We bellen de huisartsenpost’, zegt hij.
‘Daar weten ze vast wel wat we moeten doen.’
Esma neemt kleine Luuk op schoot.
Luuk is nu echt heel zielig.
‘Ik vind mijn blauwe arm niet stoer.
Ik vind hem stom !’, roept hij.
Manuel zoekt op internet de informatie van de huisartsenpost.
Hij leest:
Bereikbaar op alle dagen van de week.
’s Avonds en ’s nachts van 18.00 uur tot 08.00 uur ’s morgens.
In het weekend en op feestdagen ook overdag ( 24 uur ).
Telefoon: 0123359600
Gang van zaken:






U belt de huisartsenpost.
De doktersassistente vraagt wat uw klacht is.
Zij vraagt ook uw gegevens.
De assistente geeft advies.
Soms vraagt zij u om naar de huisartsenpost te komen.
Of zij verbindt u door met de dokter.
‘Ik ga snel bellen’, zegt Manuel.
‘De assistente heeft vast wel een goed advies voor ons.’
15
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Pijnstillers
De assistente geeft advies:
‘U kunt uw zoon het beste een pijnstiller geven.
Wat is de leeftijd van uw kind?’
‘Luuk is vorige week 6 jaar geworden’
‘Dan mag hij een halve paracetamol voor volwassenen.
Maar het is natuurlijk beter als u kinder-paracetamol in huis hebt.
Die zijn minder sterk.’
‘En hoe vaak mag ik paracetamol geven ?’
‘Drie maal daags een half tabletje.
En voor kinderparacetamol leest u het op de verpakking.’
‘Dank u wel, mevrouw.
Ik hoop echt dat het helpt.’
Esma heeft alles gehoord.
Ze heeft het doosje al gepakt.
‘Deze zetpillen zijn speciaal voor kinderen.
Luuk mag 3 keer per dag een zetpil’, leest Esma.
Maar Luuk wil helemaal geen zetpil.
Hij weet het nog van een tijd geleden toen hij griep had.
Een zetpil voelt vervelend in je billen.
‘Weet je wat ?’, zegt Esma.
‘We nemen nu één zetpil.
Dan gaan de pijn weg en je kunt lekker gaan slapen.
En dan koop ik morgen kinder-paracetamol-tabletten.
Met vruchtensmaak.’
Luuk vindt het goed.
Want hij wil geen pijn meer.
Hij wil graag gaan slapen.
‘Mag ik dan morgen weer op
de schommel ?’, vraagt hij.
Esma lacht: ‘Ik weet niet of
dat een goed idee is.’
16
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Stoer of stom ?
Luuk heeft pijn.
Hij roept: ‘Ik vind mijn blauwe arm niet stoer.
Ik vind hem stom !’
Lees de woorden:
stoer
stoel
stoep
stoet
stom
stop
stok
storm
stil
stip
stik
stink
staat
staal
staak
staan
step
stek
stem
stelt
stoor
stoot
stook
stoom
Kijk goed; welke letters zijn steeds hetzelfde ?
Als u de letters in ‘groepjes’ bij elkaar leest, gaat het lezen sneller.
Doe dat ook met de volgende woorden:
slaap
slank
sleutel
slik
sluit
klop
klap
kleur
kluis
klaar
trek
trap
trui
troon
traan
straat
struik
stroom
straf
strijk
schroef
schram
schrik
schreeuw
schrijf
knap
knoop
knie
knel
knus
splijt
spleet
splinter
spruitje
sproet
praat
pruim
proost
prik
prima
vlieg
vlok
vloer
vlam
vlug
laatst
fietst
grootst
natst
heetst
eerst
worst
dorst
verst
duurst
Luister naar de docent.
Welke letters hoort u aan het begin of het einde van het woord ?
Schrijf twee letters vooraan of achteraan:
. . uit
. . op
staa . .
do . .
. . auw
. . ent
plaa . .
he . .
. . eun
. . art
ce . .
fee . .
. . oen
. . ank
wo . .
wa . .
. . aap
. . uin
ri . .
.. u ..
17
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
De huisartsenpost
Manuel leest de informatie van de huisartsenpost.
Bereikbaar op alle dagen van de week.
’S avonds en ’s nachts van 18.00 uur tot 08.00 uur ’s morgens.
In het weekend en op feestdagen ook overdag ( 24 uur ).
Telefoon: 359600
Wat betekent bereikbaar ? ......................................................................
……………………………………………………………………………………
Gang van zaken:






U belt de huisartsenpost.
De doktersassistente vraagt wat uw klacht is.
Zij vraagt ook uw gegevens.
Soms vraagt zij u om naar de huisartsenpost te komen.
Of zij verbindt u door met de dokter.
Kijk naar de woorden met een gele kleur.
Zoek op in het woordenboek. Of vraag het aan uw docent.
Gang van zaken: …………………………………………………………….
Uw gegevens: …………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………….
Zij geeft advies: ………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………….
Zij verbindt u door: …………………………………………………………
…………………………………………………………………………………….
18
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
De huisartsenpost in uw eigen woonplaats
Mijn woonplaats is: ……………………………………………………………
In mijn woonplaats is een huisartsenpost.
ja
De huisartsenpost is in een andere woonplaats.
/
nee
ja
/
nee
Informatie zoeken:
Wie snel een dokter nodig heeft, wil niet lang naar een adres of
telefoonnummer zoeken.
Daarom is het handig dat u de informatie snel kunt vinden.
Weet u het telefoonnummer van uw eigen huisarts ?
□ ja, dat heb ik in mijn hoofd.
□ het nummer staat in mijn telefoon.
□ ik zoek het nummer in een folder of in het telefoonboek.
Het telefoonnummer van mijn huisarts is: ………………………………
Weet u het telefoonnummer van de huisartsenpost ?
□
□
□
□
ja, dat heb ik in mijn hoofd.
het nummer staat in mijn telefoon.
ik zoek het nummer in een folder of in het telefoonboek.
ik zoek het telefoonnummer op internet.
Het telefoonnummer van de huisartsenpost is: ………………………….
19
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Informatie zoeken op internet (1)
U gaat informatie zoeken op de computer.
Doe het de eerste keer samen met de docent.
Bijvoorbeeld op het digitale schoolbord in de klas.
Daarna probeert u het zelf op een computer.
1. Ga naar internet. Klik op de blauwe
2. Typ
bovenaan op het scherm:
www.google.nl
3. Dit
is wat u nu ziet op de computer:
4. Typ midden op het scherm:
huisartsenpost west brabant
5. Kijk naar het voorbeeld van de docent.
U ziet een scherm met veel informatie.
Waar ziet u Huisartsenposten West-Brabant ?
Daar moet u op klikken.
6. U kunt nu alle informatie lezen over de huisartsenpost bij u
in de buurt.
20
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Informatie zoeken op internet (2)
U bent nu op de website van de huisartsenpost.
U ziet op het computerscherm 9 plaatjes.
Kijk eerst helemaal onderaan op het scherm, onder de plaatjes:
U ziet 5 woonplaatsen.
Hier werken de huisartsenposten van West-Brabant.
Welke woonplaatsen ziet u ?
…………………………………………
...………………………………………
…………………………………………
…………………………………………
…………………………………………
Welke woonplaats van een huisartsenpost is voor u dichtbij ?
Ik ga naar de huisartsenpost in ……………………………………….....
Adres: ………………………………………………………………………….
Klik nu op het eerste plaatje met de twee dokters ( links boven ).
U komt op een scherm met veel informatie.
Lees het stukje over de openingstijden:
Wanneer is de huisartsenpost open ?
……………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………
21
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Op het scherm ziet u ook een blauw plaatje met informatie.
Kijk er samen met uw docent naar.
U leest deze zinnen:
Wanneer u belt met de huisartsenpost dan:
Beantwoordt een doktersassistente de telefoon.
Zoek deze zinnen nu ook op het blauwe plaatje in uw boekje en
geef ze een kleur met een markeerstift.
De assistente vraagt: Is het spoed ?
Geef het woord spoed ook een gele kleur.
Wat is spoed ? Praat er samen over !
Kijk nu naar de oranje pijlen met ja en nee.
Bij spoed zorgt de assistente dat u snel bij de dokter komt.
Als het geen spoed is, gaat u de volgende dag naar uw eigen huisarts.
Woont u niet in West-Brabant ? Zoek dan via Google naar de
huisartsenpost in uw eigen woonplaats of provincie !
22
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Medicijnen (1)
Hoe gaat het met Luuk ?
Heeft hij nog pijn ?
Het gaat nog niet zo goed
De arm van Luuk doet nog veel pijn.
Esma gaat naar de drogist.
Zij koopt paracetamol voor kinderen.
Paracetamol met vruchtensmaak.
‘Kijk’, zegt Esma, ‘dit is beter voor jou.
Deze tabletjes smaken naar fruit.
Ik kijk snel hoeveel tabletjes jij mag hebben.’
In het doosje zit een briefje.
Dat is de bijsluiter.
Op dit papier staat informatie over het medicijn.
Esma zoekt de informatie die belangrijk is voor haar zoon.
Kijk naar de bijsluiter op bladzijde 24.
Luuk is 6 jaar.
Hoeveel tabletten mag hij per keer ? …………………………………….
Hoeveel keer per dag mag hij paracetamol ? …………………………..
Hoe moet Luuk de tabletten innemen ?
………………………………………………………………….
………………………………………………………………….
23
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Kinderparacetamol CF 100 mg, tabletten
Geneesmiddelengroep
(Kinder)paracetamol CF behoort tot de groep van geneesmiddelen met een pijnstillende en
koortsverlagende werking.
Toepassing van het geneesmiddel
(Kinder)paracetamol CF wordt gebruikt bij koorts en pijn bij griep en verkoudheid, koorts en
pijn na vaccinatie, hoofdpijn, kiespijn, zenuwpijn, spit, spierpijn en menstruatiepijn.
Indien de klachten langer dan 14 dagen aanhouden dient u alsnog een arts te raadplegen.
Dosering
Kinderen:
3 maanden - 1 jaar: ½ tablet van 100 mg per keer, maximaal 4-6 keer per dag
1 - 2 jaar: 1-1½ tablet van 100 mg per keer, maximaal 4-5 keer per dag
2 - 4 jaar: 1-2 tabletten van 100 mg per keer, maximaal 4-5 keer per dag
4 - 6 jaar: 2 tabletten van 100 mg per keer, maximaal 3-4 keer per dag
6 - 9 jaar: ½ tablet van 500 mg per keer, maximaal 4-6 keer per dag
9 -12 jaar: 1 tablet van 500 mg per keer, maximaal 3-4 keer per dag
12-15 jaar: 1 tablet van 500 mg per keer, maximaal 4-6 keer per dag
Toediening
De tabletten met een ruime hoeveelheid water innemen.
5. Hoe bewaart u (Kinder)paracetamol CF?
Niet bewaren boven 25°C. Bewaren in de originele verpakking ter bescherming van licht.
Bewaar (Kinder)paracetamol CF altijd buiten bereik en zicht van kinderen.
Uiterste gebruiksdatum
De uiterste gebruiksdatum staat op de verpakking vermeld achter "Niet te gebruiken na".
Pak een markeerstift.
Zoek informatie op de bijsluiter.
Geef de informatie een kleur.
Schrijf daarna het antwoord.
Waarvoor wordt kinder-paracetamol gebruikt ?
Schrijf 4 dingen:
………………………………………………………..
………………………………………………………..
………………………………………………………..
………………………………………………………..
Hoeveel paracetamol mag een baby van 3 maanden ?
....................................................................................................................
24
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Medicijnen (2)
De bel gaat.
Het is opa Ben.
‘Hoe gaat het met mijn kleinzoon ?’, vraagt hij.
‘Heeft hij nog veel pijn ?’
Het valt wel mee.
Luuk zit op de grond.
Hij speelt met zijn Lego.
‘Kijk opa, ik bouw een ziekenhuis !’, roept hij.
‘Een ziekenhuis van Lego.
En mijn arm: die voel ik bijna niet meer !
De paracetamol helpt heel goed.’
Esma pakt het doosje.
‘Dit is kinder-paracetamol’, zegt zij.
‘Met vruchtensmaak.’
Opa Ben lacht:
‘Een medicijn met vruchtensmaak.
Dat wil ik ook wel.
Ik slik elke dag een tablet.
Tegen hoge bloeddruk.
Maar die smaakt echt niet lekker!’
‘Ik wil ook wel een tabletje’, roept kleine Fleur.
‘Ze zijn mooi oranje en ze lijken op snoepjes.’
Maar dat vindt Esma geen goed idee.
‘Medicijnen neem je alleen als het nodig is’, zegt ze.
‘Het zijn echt geen snoepjes !’
‘De tabletjes zijn niet heel erg lekker’, zegt Luuk.
‘Ze zijn een beetje lekker, en een beetje vies.
Jij kunt beter een echt snoepje nemen.’
‘Dat gaan we doen !’, roept opa Ben.
‘Met een kopje koffie erbij.
Koffie met chocolade of koek, dat is heerlijk !’
Esma lacht.
Ze kijkt naar de buik van opa.
Die is nog een beetje te dik.
Maar vandaag nemen ze koffie met koek en chocolade.
Omdat Luuk geen pijn meer heeft.
25
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
De medicijnen van opa Ben
Het gaat goed met opa Ben.
Hij let bijna altijd goed op zijn gezondheid.
Een half jaar geleden heeft dokter Bosman gezegd:
‘Meneer Santos, u moet afvallen.
En u moet stoppen met roken.
En u krijgt een recept voor pillen tegen hoge
bloeddruk.
Die moet u elke dag innemen.’
MEDIQ APOTHEEK POSTDAM
Apotheker: J. van der Pas
Telefoon; 0123348972
Dhr. B. Santos
M / 17 – 04 – 1941
Groenstraat 17 2847 PW Postdam
DR. BOSMAN
21-07-2011
1 X DAAGS 1 TABLET
HART EN BLOEDVATEN
STIPT VOLGENS VOORSCHRIFT GEBRUIKEN
26
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
U ziet op blz. 26 het doosje met de medicijnen van opa Ben.
In de apotheek wordt een etiket op het doosje geplakt.
Zoek informatie op het etiket:
Zet een





cirkel
op het etiket of gebruik een markeerstift :
De naam van opa Ben
De naam van de huisarts.
De geboortedatum van opa Ben.
Het telefoonnummer van de apotheek.
Hoe vaak moet Ben de medicijnen gebruiken ?
Schrijf nu het antwoord op de vragen:
1. Wat is de geboortedatum van Ben ? ...........................................
2. Voor de geboortedatum staat de letter M.
Wat betekent die letter, denkt u ? …………………………………
3. Op welke datum haalt hij de tabletten bij de apotheek ?
……………………………………………………………………………..
4. Wie is DR. BOSMAN ?...................................................................
5. Hoe vaak moet Ben de medicijnen gebruiken ?
...........................................................................................................
6. Kijk naar het doosje met de letters LOSARTAN:
Hoeveel tabletten zitten in een doosje ? …………………………
27
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Wat leest u op het etiket ?
U ziet op dit blad nog meer etiketten van medicijnen.
Kijk naar de informatie op het etiket.
Geef antwoord op de vragen.
Hoe vaak moet dit medicijn gebruikt worden ? ………………………...
Welke datum ziet u op het etiket ? ………………………………………
Is het medicijn voor een man of voor een vrouw ? ………………….
Is dit medicijn voor een man of voor een vrouw ? ……………………
Hoe vaak moet zij het gebruiken ? ………………………………………..
Wat is de geboortedatum van de vrouw ? ………………………………
28
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Is dit medicijn voor een man of voor een vrouw ? ……………………
Op welke datum krijgt hij het medicijn ? ………………………………...
Hoe vaak mag hij het gebruiken ? ………………………………………...
Bij welke klachten kan de man de tabletten gebruiken ?
…………………………………………………………………………………….
Voor wie is dit medicijn ? ……………………………………………………
Wat is haar geboortedatum ? ……………………………………………….
Op het etiket staat: LEES VOOR GEBRUIK DE BIJSLUITER.
Geef die zin op het etiket een kleur met een markeerstift.
Wat is een bijsluiter ? ( kijk op bladzijde 23 en 24 )
…………………………………………………………………………………….
…………………………………………………………………………………….
29
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Mijn medicijn
Praktijkopdracht:
U hebt veel etiketten van medicijnen gezien.
U begrijpt de informatie op de etiketten al een beetje.
Zoek thuis een leeg medicijndoosje of -flesje.
Kies een verpakking met een etiket van de apotheek.
Het mag van u zelf zijn of van iemand van de familie.
Neem de verpakking mee naar school.
Maak het etiket voorzichtig los of knip het uit.
Plak het etiket in dit boekje.
Plak hier uw etiket:
Voor wie is dit medicijn ? ……………………………………………………
Wat is zijn / haar geboortedatum ? …………………………………………
Wat is de naam van het medicijn ? ………………………………………
Hoe vaak moet het gebruikt worden ? ……………………………………
Op welke datum heeft hij / zij het medicijn gehaald ? …………………
tabletten / capsules / druppels / …………………………………..
( zet een cirkel of schrijf zelf het goede antwoord )
Het zijn:
30
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Een kaartje van de tandarts
‘Kijk, mama, er is een leuke kaart bij de post !’, roept Fleur.
‘Hebben we feest ?’
‘Nee’, lacht Esma, ‘deze kaart is van de tandarts.
We moeten weer op controle komen.
En jij mag deze keer ook in de stoel van de tandarts zitten.
Want je bent nu 4 jaar.’
Het is weer tijd voor de
halfjaarlijkse controle.
Belt u even om een afspraak
te maken ?
Fam. Santos
Wij zijn telefonisch bereikbaar
van maandag t/m donderdag
van 9.00 tot 11.30 en van 13.30 tot 16.30.
Op vrijdag van 9.00 tot 11.30.
Tandartsenpraktijk S. Bandsma
Bosserweg 87
2856 AJ Postdam
Parkstraat 44
2842 KX Postdam
31
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Een afspraak met de tandarts (1)
Kijk naar de kaart van de tandarts op blz. 31.
Waarom stuurt de tandarts een kaartje ?
…………………………………………………………………………………….
Wat is de naam van de tandarts ?
…………………………………………………………………………………….
Welk telefoonnummer moet Esma bellen voor een afspraak ?
…………………………………………………………………………………….
Kan Esma de tandarts bellen
-
op
op
op
op
op
op
woensdag om 10.30 uur ?
vrijdag om 10.30 uur ?
dinsdag om 12.00 uur ?
donderdag om 14.30 uur ?
vrijdag om 15.00 uur ?
maandag om 16.00 uur ?
ja
ja
ja
ja
ja
ja
nee
nee
nee
nee
nee
nee
Hoe vaak moet Esma met haar gezin op controle bij de tandarts ?
……………………………………………………………………………………
Esma heeft het druk.
‘Ik moet volgende week elke dag werken.
En de week daarna ook’, zegt ze.
En papa Manuel heeft ook niet veel tijd.
‘Weet je wat ?
Ik vraag of opa en oma met jullie mee
kunnen gaan.
Dan maken we gewoon twee afspraken.
Eén voor papa en voor mij zelf.
En één voor jullie samen met opa Ben en oma Maria.
Ik zal opa en oma meteen bellen om te vragen of dat kan !’
32
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Een afspraak met de tandarts (2)
‘Nou, dat komt goed uit’, roept Maria.
‘Wij hebben ook een kaartje van de tandarts gehad.
Wij moeten zelf ook op controle komen.
Ik zal snel de tandarts bellen voor een afspraak.’
Maria maakt een afspraak voor woensdagmiddag.
‘Kom maar op 7 september’, zegt de assistente.
‘Om kwart over drie.’
Maria vindt het een goed idee.
In september is het gips weer van Luuks arm af.
En op woensdag zijn de kinderen ’s middags vrij.
Schrijf de afspraak in de agenda van Maria.
Schrijf precies op wie er naar de tandarts moet gaan.
Kijk voor de namen van de kinderen op bladzijde 1.
September 2011
5
week 36
maandag
6
dinsdag
7
woensdag
week 36
8
September 2011
donderdag
9
vrijdag
10
zaterdag
11
zondag
33
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Naar de tandarts
‘Je hoeft niet bang te zijn voor de tandarts’, zegt opa tegen Fleur.
Zij gaat vandaag voor de eerste keer mee op controle.
‘Maar ik ben helemaal niet bang, opa’, lacht Fleur.
‘Ik vind de tandarts leuk, maar ook een beetje spannend.’
Opa Ben, oma Maria en de drie kinderen zitten in de wachtkamer.
Er is veel te zien:
Aan de muur hangt een plaat met informatie over tanden poetsen.
Er zijn leesboekjes voor kinderen en voor volwassenen.
En er is ook speelgoed.
Het leukste vindt Fleur een blauwe pop met grote witte tanden.
Er is ook een tandenborstel bij.
Zo kan Fleur oefenen met tanden poetsen.
‘Familie Santos’, zegt de assistente.
‘Wie wil er eerst ?’
De kinderen kijken naar opa Ben.
‘Nee, nee, ik wacht wel’, zegt opa.
‘Gaan jullie maar eerst.’
Maria gaat naar de spreekkamer.
Samen met de jongens, Bram en Luuk.
Opa en Fleur blijven in de wachtkamer.
Maria en de jongens zijn snel terug.
‘De tandarts is aardig’, zegt Maria.
‘En we hebben geen gaatjes’, roept Luuk.
‘Vooruit, nu zijn jullie aan de beurt !’
Opa Ben staat langzaam op.
Zijn hoofd is een beetje rood.
‘Kom, Fleur’, zegt hij.
‘Je hoeft echt niet bang te zijn !’
34
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
In de spreekkamer
Fleur mag in de tandarts-stoel.
‘Het lijkt wel een bed’, lacht ze.
De tandarts zegt:
‘Doe je mond maar ver open.
Dan kijk ik naar jouw tanden.
Met een spiegeltje.’
Fleur is snel klaar.
Haar melkgebit ziet er prima uit.
Nu is opa Ben toch echt aan de beurt.
De tandarts kijkt een beetje bezorgd.
‘Ik zie twee gaatjes’, zegt hij.
‘Die zal ik moeten vullen.
Ik kan het nu meteen wel doen.
Ik heb nog wel een kwartiertje tijd.’
Opa Ben schrikt:
‘Twee gaatjes …?
Moet u dan ook boren ?’, vraagt hij bang.
Ja, natuurlijk moet de tandarts eerst boren.
En daarna de gaatjes vullen.
‘Ik …ik …ik.. heb niet veel tijd’, stottert opa.
‘Liever een andere keer !’
‘Goed’, zegt de tandarts.
‘Dan maakt u gewoon een nieuwe afspraak
met mijn assistente.
Tot ziens, meneer Santos.’
De tandarts geeft Fleur nog snel een boekje.
Een boekje over tanden poetsen.
‘Alsjeblieft, omdat je zo mooi stil kunt zitten in de stoel.’
‘Wat is er, opa ?’ vragen de kinderen.
Het hoofd van opa Ben is helemaal rood.
‘Opa heeft twee gaatjes’, roept Fleur.
‘Maar hij heeft vandaag geen tijd.’
Oma Maria begrijpt er niets van.
‘We hebben toch tijd genoeg’, zegt ze.
De kinderen lachen:
‘Wie is er hier nou bang voor de tandarts ?’
35
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Een nieuwe afspraak
Ze gaan samen naar de balie.
‘Mijn opa wil graag een afspraak maken.
Want hij heeft twee gaatjes’, zegt Luuk.
‘Het hoeft niet snel, hoor’, zegt opa.
‘Het is nu september.
Maar oktober of november is ook goed.’
‘Of misschien volgend jaar’, lacht Maria.
‘Kom op, Ben, je bent gewoon bang !’.
De assistente lacht.
‘Kunt u volgende week donderdag om 10 voor half 2 ?’
‘Okee, dat moet dan maar’, zucht opa.
Opa krijgt een kaartje met de nieuwe afspraak.
En de kinderen ?
Die krijgen allemaal nog een mooie tandenborstel.
Vul het afspraakkaartje van opa Ben in.
Zoek de dag en de tijd in het verhaal.
Weet u ook de datum van de nieuwe afspraak ?
dag
datum
tijd
…………………..dag …………………………… om ……………………uur
…………………..dag …………………………… om ……………………uur
…………………..dag …………………………… om ……………………uur
…………………..dag …………………………… om ……………………uur
TANDARTSENPRAKTIJK S. Bandsma
Bosserweg 87
2856 AJ Postdam
Afspraak annuleren
of wijzigen graag
24 uur van tevoren.
36
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Maak het verhaal goed
U ziet zinnen uit het verhaal van de tandarts.
De zinnen staan door elkaar.
Vraag aan uw docent een kopie van dit blad.
 Knip de zinnen los en maak het verhaal weer goed.
 Plak de zinnen op een apart papier .
 Geef nu de zinnen op blz. 37 een nummer van 1 t/m 10.
 Schrijf het goede verhaal op bladzijde 38.
Opa Ben heeft twee gaatjes.
Oma en opa gaan met de kinderen naar de tandarts.
De tandarts stuurt 2 keer per jaar een kaart voor de controle.
De kinderen krijgen allemaal nog een mooie tandenborstel.
Opa Ben moet een nieuwe afspraak maken.
Maria maakt een afspraak voor woensdag 7 september.
Esma heeft geen tijd om met haar kinderen naar de tandarts
te gaan.
Opa Ben en Fleur blijven in de wachtkamer.
Fleur mag in de tandarts-stoel.
Haar melkgebit ziet er prima uit.
Maria gaat met de jongens naar de spreekkamer.
37
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
De tandarts
1. ...................................................................................
……………………………………………………………
……………………………………………………………
2. …………………………………………………………………………………………..
…………………………………………………………………………………………..
3. …………………………………………………………………………………………...
…………………………………………………………………………………………..
4. …………………………………………………………………………………………...
…………………………………………………………………………………………..
5. …………………………………………………………………………………………..
…………………………………………………………………………………………..
6. …………………………………………………………………………………………..
…………………………………………………………………………………………..
7. …………………………………………………………………………………………...
…………………………………………………………………………………………..
8. …………………………………………………………………………………………...
…………………………………………………………………………………………..
9. …………………………………………………………………………………………...
…………………………………………………………………………………………..
10.
…………………………………………………………………
…………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………
38
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Woordenboek (1)
Zoek eerst de woorden in het verhaal van
de tandarts.
Geef de woorden een kleur of zet een cirkel.
Zoek daarna de woorden op in het woordenboek.
Controle
( kijk op blz. 31 )
……………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………
Spannend
( kijk op blz. 34 )
……………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………
Het melkgebit
( kijk op blz. 35)
……………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………
Bezorgd
( kijk op blz. 35)
……………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………
Vullen
( kijk op blz. 35)
……………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………
Stottert
( kijk op blz. 35)
……………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………
39
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Woordenboek (2)
Kijk nog een keer naar het afspraakkaartje van opa Ben.
Lees de kleine zwarte letters rechts onderaan op het kaartje.
dag
datum
tijd
…………………..dag …………………………… om ……………………uur
…………………..dag …………………………… om ……………………uur
…………………..dag …………………………… om ……………………uur
…………………..dag …………………………… om ……………………uur
TANDARTSENPRAKTIJK S. Bandsma
Bosserweg 87
2856 AJ Postdam
Afspraak annuleren
of wijzigen graag
24 uur van tevoren
Schrijf de zin met de gele kleur nog een keer:
…………………………………………………………………………………….
…………………………………………………………………………………….
Weet u het nog ? Wat betekenen de woorden ?
Zoek ze op in het woordenboek of kijk op blz. 12 !!!
Annuleren: ……………………………………………………………………...
…………………………………………………………………………………….
Wijzigen: ………………………………………………………………………..
…………………………………………………………………………………….
40
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Lange woorden
Lange woorden lezen is makkelijk
als u korte woorden zoekt in het lange woord.
Neem drie kleuren.
Lees de woorden samen met de docent.
Luister goed: soms hoort u één kort woordje,
soms twee woordjes, soms drie !
Geef elk kort woordje een andere kleur.
tand arts
huis arts
oog arts
tandarts
huisarts
oogarts
wacht kamer
spreek kamer
woon kamer
praktijk
controle
stoel
assistente
tandartspraktijk
tandartscontrole
tandartsstoel
tandartsassistente
gebit
gebit
borstel
pasta
wachtkamer
spreekkamer
woonkamer
melkgebit
kunstgebit
tandenborstel
tandpasta
Zoek zelf de korte woordjes in het grote woord: geef ze een kleur:
huiskamer
slaapkamer
badkamer
kinderboek
kinderstoel
kinderbed
schoolboek
schooltas
schoolgebouw
koelkast
kledingkast
keukenkast
keukendeur
voordeur
buitendeur
winterjas
winterkleding
wintertijd
regenlaarzen
regenjas
regenbui
voordeur
voorkant
voorleesboek
Lees alle woorden nog een keer. Gaat het lezen nu sneller ?
Dictee: luister goed naar de kleine woordjes in het lange woord !
1. ……………………………………..
7…………………………………………
2. ……………………………………..
8…………………………………………
3. ……………………………………..
9. ………………………………………..
4. ……………………………………..
10. ……………………………………….
5. ………………………………………
11. ………………………………………
6. ………………………………………
12. ………………………………………
41
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Herfst
1.
2.
3.
4.
5.
De zomer is voorbij.
Het is oktober dus het is herfst.
Ben en Maria zitten niet meer in de tuin.
Maar ze gaan wel vaak wandelen.
In het bos of in het park.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
12.
13.
14.
Het gaat goed met opa Ben.
Hij weegt geen 100 kilo meer.
Zijn gewicht is nu 90 kilo.
Ben is 10 kilo afgevallen.
Daar is hij best trots op.
Ben is ook naar de tandarts geweest.
Die heeft twee gaatjes gevuld.
Ben is blij dat het klaar is.
Want hij is nog steeds bang voor de
tandarts.
15.
16.
17.
18.
19.
En hoe gaat het met Luuk ?
De arm van Luuk is weer helemaal beter.
Het gips is er af.
En Luuk heeft geen pijn meer.
Hij kan weer lekker buiten spelen.
Kijk naar de kleine woordjes met de gele kleur.
Wat betekenen ze ? Wie is het ? Waar horen ze bij ?
Kijk naar het voorbeeld : zet ook een cirkel in het verhaal.
ze in regel 4: ……… Ben en Maria ……………………………………………………………….
Hij in regel 7: ……………………………………………………………………………………………..
Daar in regel 10: ……………………………………………………………………………………….
Die in regel 12: ………………………………………………………………………………………….
hij in regel 14: ……………………………………………………………………………………………
Hij in regel 19: …………………………………………………………………………………………...
42
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Woordenlijst
Deze woorden hebt u geleerd in module 12.
Zet een kruisje bij de woorden die u nog moeilijk vindt.
afvallen
wandelen
geen wonder
afvallen
paniek
bleek
Spoedeisende Hulp
stoer
hier melden,
de afdeling
de route (spreek uit: ‘roete’)
jaloers
inderdaad
de breuk
de lievelingskleur
een leugen
annuleren
wijzigen
lopen, vooral voor je plezier
Ben en Maria wandelen in het bos.
het is heel normaal
Geen wonder dat je zo moe bent.
minder kilo’s gaan wegen
Ben is 10 kilo afgevallen.
je bent plotseling heel bang
Esma is in paniek, want Luuk is gevallen.
je gezicht is heel wit
Luuk is heel bleek en hij huilt.
Eerste Hulp bij ongeluk of ziekte
Ze gaan naar de spoedeisende hulp.
je bent heel sterk en niet bang
Opa Ben doet heel stoer.
hier vertellen dat je er bent
Hij moet zich melden bij de balie.
een deel van een ziekenhuis of van een
winkel. De röntgenafdeling.
de weg die je moet lopen
Elke route heeft een eigen kleur.
je wilt iets hebben wat een ander heeft
De vrienden zijn jaloers.
het klopt, het is echt waar
Luuks arm is inderdaad gebroken.
de plek waar iets kapot is
De breuk zit vlak boven zijn pols.
de kleur die je het mooiste vindt
Blauw is mijn lievelingskleur.
iets wat niet waar is
Dat meisje vertelt leugens.
zeggen dat iets niet doorgaat
Een afspraak annuleren.
veranderen
Een andere afspraak maken.
43
Alfa Plus
zielig
bereikbaar
de gang van zaken
het advies
de pijnstiller
vruchtensmaak
handig
de website
de bijsluiter
het valt wel mee
het etiket
de halfjaarlijkse
controle
de praktijk
spannend
het melkgebit
bezorgd
vullen
stotteren
trots
Module 12
Gezondheid 2
je bent verdrietig, want je maakt iets
vervelends mee. Luuk is heel zielig.
ik kan contact maken met iemand
De dokter is telefonisch bereikbaar.
de manier waarop het gaat
De gang van zaken in het ziekenhuis.
zeggen wat iemand kan doen
een medicijn tegen de pijn
Paracetamol is een pijnstiller.
het smaakt net als fruit
Paracetamol met vruchtensmaak.
het is makkelijk te gebruiken
Een agenda is handig voor mijn afspraken.
een plaats op het internet
De website van de huisartsenpost.
een papier met informatie over een
medicijn. De bijsluiter zit in het doosje.
het is niet zo erg.
De pijn valt wel mee.
sticker met informatie
Ik lees de informatie op het etiket.
de tandarts kijkt twee keer per jaar of
mijn gebit nog goed is
de plaats waar de dokter of tandarts
werkt. De dokter heeft een drukke praktijk.
iets waar je zenuwachtig van wordt
Fleur vindt de tandarts spannend.
tanden van een klein kind
Het melkgebit van Fleur ziet er prima uit.
je bent bang dat er iets fout gaat
De tandarts kijkt bezorgd.
vol maken
De tandarts moet het gaatje vullen.
moeilijk praten: je zegt stukjes van een
woord 2 of 3 keer. Ik ..ik ..ik.., stottert opa.
je bent blij, want je hebt iets goed
gedaan. Opa Ben is trots op zijn 90 kilo.
zielig
44
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Tips voor de docent:
Vooraf: Evenals alle voorgaande modules ALFA Plus bevat ook de module
‘Gezondheid’ deel 2 lees- en schrijftaken op weg naar Alfa C-niveau.
Uiteraard is het wenselijk om in de mondelinge lessen hierop aan te sluiten.
Aanbevolen wordt:
 Het oefenen van ‘telefonisch een afspraak maken of verzetten’.
 Het oefenen van een gesprekje met de doktersassistente van de
huisartsenpost..
 Het oefenen van een gesprekje met de arts / specialist.
 Zich melden aan de balie van een ziekenhuis of bij de tandarts.
 Het vragen van informatie over medicijnen bij drogist of apotheek.
 Het (telefonisch) vragen om informatie: openingstijden / een folder
aanvragen / de uitslag van een onderzoek vragen / enz.
 Uitbreiden of herhalen van woordenschat m.b.t. gezondheid
U kunt hiervoor (audio)materiaal gebruiken, zoals: CP Starter (Delken & Boot, 2008),
Spreek Actief (Hilderink, A. & L. van Rossenberg, ID College 2004) luistermateriaal
uit Breekijzer (Gathier, M. & D. de Kruyf, 2001) of IJsbreker (F. Jansen (ed.) (2001).
Ook op internet is volop materiaal te vinden: ETV, www.oefenen.nl, enz.
Voeg evt. aan het einde van de module één of meer lege pagina’s toe.
Handig om eigen producten en toevoegingen een plaats te geven in het boekje.
Uiteraard kan het materiaal ook losbladig (in een map) worden aangeboden.
Zorg voor (gele) markeerstiften. Met name voor cursisten die nog niet gewend zijn
aan het lezen van wat langere teksten kan het helpen om moeilijke woorden of
belangrijke zinnen te markeren.
Aanbevolen woordenboeken:
van Dale van Dale -
Pocketwoordenboek Nederlands als tweede taal (NT2) Junior Woordenboek Nederlands
( niet alle gebruikte woorden zullen hierin te vinden zijn !)
45
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
In alle modules van Alfa Plus wordt gewerkt aan zowel het technische als het
functionele lezen en schrijven.
In Module 12 ‘Gezondheid, deel 2’ komen de volgende vaardigheden expliciet
aan de orde:
Technische vaardigheden:
Op woordniveau:
 Woorden met tweetekenklank ‘eu’ : blz. 8 + 9
 Woorden met medeklinkerclusters: vooraan het woord: st - sl - kn - str
- schr - enz. achteraan het woord: -tst, -rst. : blz. 17
 Handgeschreven woorden lezen + herschrijven: blz. 10 + 11.
 Lange samengestelde woorden: structuur leren zien : blz. 41.
 Oefeningen met de woordenlijst: blz. 43+44
Op zinsniveau:
 Woordvolgorde in de zin: maak de zinnen goed: blz. 4 + 5.
 Tekstvragen beantwoorden in correcte zinnen: blz. 3
Op tekstniveau:
 Lezen van langere teksten + het volgen van de verhaallijn die ‘door de
module loopt’: blz. 1 + 2, 6, 23, 25, 34 t/m 36,
 tekst ‘Pijn’ op blz.15: een tekst over een bekend onderwerp waarin het
woord huisartsenpost als onbekend woord voorkomt
 Verwijswoorden: in tekst ‘Herfst’ blz. 42
Principes van geletterdheid:




Alfabetisch opzoeken: woordenboek blz. 12, 18, 39 + 40
Hanteren tekstsoorten: afspraakkaart; blz. 10 t/m 12, agenda: blz. 33
Borden, pictogrammen en opschriften: blz. 6+7, 13+14
Hanteren van een woordenlijst: blz. 43+44
Functionele vaardigheden:
Lezen:
 Correspondentie lezen
Een oproepkaart van de tandarts voor een halfjaarlijkse controle blz. 31 + 32
46
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
 Oriënterend / zoekend lezen:
Afspraakkaart lezen hoe laat bij welke arts: blz. 10, 11, 12
Beknopte informatie lezen over de huisartsenpost op internet blz. 15 + 16
Informatie zoeken op internet: kennismaken met zoeken via ‘Google’
en het adres zoeken van de dichtstbijzijnde huisartsenpost: blz. 20, 21, 22.
Bijsluiter medicijnen lezen: hoeveel tabletjes op welke leeftijd: blz. 23 + 24
 Lezen om informatie op te doen:
Volgen van de verhaallijn die ‘door de module loopt’
Begrip van de teksten: blz. 1 + 2 met taak op blz.3, Verhaal ‘Medicijnen’ blz.25
Verhaal ‘Naar de tandarts’: blz. 34 + 35 met verwerking op blz. 37 + 38:
maak het verhaal goed
 Instructies lezen:
Etiket van medicijnen begrijpen: blz. 26 t/m 30
Schrijven:
 Aantekeningen, berichten, formulieren
Agenda gebruiken: afspraak noteren: blz. 33.
Afspraakkaartje tandarts: invullen dag, datum, tijd: blz. 36.
Praktijkopdrachten:
 Etiket eigen medicijnen: blz. 30
 Huisartsenpost: gegevens voor eigen woonplaats zoeken: blz. 19
Extra tips per pagina:
Blz. 1 + 2: Maak, indien mogelijk, een klassikale start met de module.
Lees langere teksten in het begin altijd eerst een keer in hun geheel voor.
De deelnemers lezen mee en ‘volgen’ zo het verhaal.
Laat na één of tweemaal lezen het verhaal kort samenvatten.
Laat per alinea één of enkele onbekende woorden markeren of omcirkelen.
Later kan de docent een keuze maken: een meer klassikale aanpak of de cursisten
werken individueel of in kleine groepjes aan de opdrachten.
Ook dan blijft het (hardop) lezen een belangrijke plaats innemen.
Blz. 3: Voor veel van de (blauwe) tekstvragen is het antwoord letterlijk in het verhaal
terug te vinden. Eis in dit geval correcte zinnen.
Blz. 4 + 5: Zorg vooraf voor een kopie van het bovenste deel van blz. 4 ( liefst in
kleur ). Zo hoeft er niet in het boekje geknipt te worden.
Laat individueel of in duo’s schuiven met de losgeknipte delen. Pas als alles ‘klopt’
worden de correcte zinnen in het boekje geplakt + vervolgens geschreven.
Een snellere manier om de volgorde van woorden in een zin aan te geven is door ze
te nummeren. Hiervan vindt u een voorbeeld op blz. 5.
47
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Opm.: Voor alle oefeningen geldt: de les in het boekje kan een aanleiding zijn om
aan een bepaald aspect aandacht te besteden ( in dit geval de woordvolgorde ).
Het kan zinvol zijn om er extra soortgelijke oefeningen bij te geven ( evt. als
huiswerk).
In elk geval is het wenselijk om er in een volgende les nog eens op terug te komen.
Blz. 6 + 7: Deze les kan een goede aanleiding zijn om het lezen en uitvoeren van
instructies nog eens te oefenen. Dit blijkt altijd moeilijker dan het lijkt.
Maak kaartjes met eenvoudige opdrachten, laat lezen ( evt. hardop ) en
daadwerkelijk uitvoeren. Uiteraard past u de teksten aan aan de situatie in de klas.
Voorbeeld:
Loop naar de kast.
Pak een rood potlood uit de kast.
Loop naar de tafel in de hoek.
Pak een papier.
Schrijf uw voornaam op het papier
Blz. 9: Dictee:
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Wie is er aan de beurt ?
De kleur van de deur is wit.
Hij werkt in de keuken.
Ik heb jeuk aan mijn neus.
Wat koop ik voor 1 euro ?
Vind jij de les leuk ?
Blz. 10 + 11 + 12: Laat ook echte afspraakkaarten meebrengen. Maak evt. kopieën
voor de hele groep. Zoek naar overeenkomsten en verschillen. Kan men dezelfde
vragen nu ook m.b.t. de eigen afspraakkaart beantwoorden ?
Blz. 13 + 14: Laat de deelnemers eerst mondeling uitleg geven over de bordjes die
ze herkennen. Pas daarna kan individueel, in duo’s of in groepjes in de
roodgekleurde omschrijvingen gezocht worden naar de juiste betekenis.
Zwakke lezers vinden het handig om de omschrijvingen die al gebruikt zijn te
markeren of omcirkelen. Het zoeken wordt zo steeds eenvoudiger.
Blz. 15: De informatie over de huisartsenpost in het blauwe kader krijgt later nog
volop aandacht. Besteed op dit moment alleen aandacht aan de hoofdzaken om de
voortgang van het verhaal niet te verstoren. Vraag bijv. alleen welk telefoonnummer
Manuel moet bellen en laat de zin markeren: de assistente geeft advies.
Blz. 16: Het gesprek is in twee kleuren afgedrukt. Handig voor de rolverdeling.
En natuurlijk kunt u ingaan op de vraag wie er zelf wel eens een soortgelijk gesprek
met de huisartsenpost gevoerd heeft.
Blz. 17: medeklinkerclusters. Belangrijk als leesoefening ( t.b.v. het vloeiend lezen en
het verhogen van het leestempo ) en als schrijfoefening: bij aandachtig luisteren zijn
de medeklinkers binnen zo’n cluster goed hoorbaar.
48
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Dictee:
fruit
klop
staart
dorp
blauw
krent
plaats
help
steun
zwart
cent
feest
groen
plank
wolk
warm
slaap
bruin
rits
slurf
Blz. 18: Details, zoals ze ook in een authentieke folder te vinden zijn, worden hier
besproken. Moeilijke woorden worden opgezocht of uitgelegd, zodat deze in de
volgende les ‘Huisartsenpost opzoeken op het internet’ al enigszins bekend zijn.
Blz. 19 t/m 22: Het digitale schoolbord is bij deze les een (bijna) onmisbaar
hulpmiddel. Zo kan de groep stap voor stap volgen hoe het opzoeken van informatie
via Google in zijn werk gaat. Aansluitend doen de cursisten hetzelfde nog een keer
alleen of in tweetallen achter de computer.
In deze module is gekozen voor het zoeken naar informatie over de huisartsenposten
in West-Brabant. Uiteraard is het mogelijk om via Google te zoeken naar
huisartsenposten op andere plaatsen in Nederland. Probeer dit als docent vooraf
even uit: de websites van huisartsenposten kunnen behoorlijk verschillend zijn !
Op de beschreven manier kunnen alle huisartsenposten van West Brabant gevonden
worden. Probeer ook dit als docent vooraf uit, zodat u niet verrast wordt door
plotselinge wijzigingen op de website.
Blz. 23 + 24: De ‘kunst’ is hier met name om uit een grote hoeveelheid ( vaak
moeilijke) tekst alleen de benodigde gegevens te filteren. De tekst op de bijsluiter in
dit boekje is enigszins ingekort, zodat het opzoeken eenvoudiger wordt.
Laat vervolgens een ( van thuis meegebrachte) bijsluiter van bijv. paracetamol
bekijken. Vraag naar makkelijk te vinden gegevens als dosering, wijze van innemen.
De markeerstift bewijst ook hier weer goede diensten.
Blz. 25 t/m 30: Zorg voor een voorraadje ( door deelnemers meegebrachte)
authentieke verpakkingen van medicijnen, voorzien van etiketten van de apotheker.
Stel steeds dezelfde soort vragen over data, personen, wijze van gebruik, etc.
De praktijkopdracht ( blz. 30 ) moet zelfstandig gemaakt worden.
Blz. 31 + 32: Vraag de deelnemers om zo mogelijk een oproepkaart voor
tandartscontrole van thuis mee te brengen. Zijn er overeenkomsten in de tekst ?
Blz. 33: Het invullen van een afspraak in de agenda is een opdracht die de
deelnemers op dit niveau geheel zelfstandig moeten kunnen maken.
Blz. 34 t/m 36: In eerste instantie staat hier het leesplezier centraal. Laat het verloop
van het verhaal navertellen. Ongetwijfeld zal men met eigen tandartsverhalen komen.
Neem t.b.v. de datum op het afspraakkaartje de agenda van Maria op blz. 33 erbij !
49
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Blz 37 + 38: Drie stappen:
- deelnemers ordenen de losgeknipte stroken van een kopie van blz. 37.
- ze geven daarna de stroken in het boekje een nummer van 1 tot 10.
- tenslotte schrijven ze het verhaal in de juiste volgorde op blz. 38.
Laat tijdens het proces voortdurend (hardop) lezen en.terugkijken in het verhaal.
Wat gebeurde er eerst ? Wat gebeurde daarna ?
Blz. 39 + 40: Het is belangrijk om de woorden altijd eerst in de context te bekijken of
terug te zoeken. Heel veel woorden worden dan al min of meer begrepen. Gebruik
daarna het woordenboek. Opzoekvaardigheid in een redelijk tempo blijft een
onderdeel dat steeds aandacht nodig heeft.
Blz. 41:
Dictee: luister naar de delen van het lange woord: blz. 41
keukenkast
huisarts
woonkamer
bloempot
asbak
wachtkamer
melktand
kinderjas
koffiekan
autosleutel
tandartsstoel
afspraakkaart
Tijdens het dictee mag op de bovenste helft van de pagina gezocht worden naar
voorbeelden of delen van de gevraagde woorden. Evt. kan op een later moment een
soortgelijk dictee zonder gebruik van voorbeelden gegeven worden.
Blz. 42: Het verhaal van opa Ben en zijn familie wordt hier afgesloten.
Verwijswoorden zijn eerder geoefend in andere modules van Alfa Plus.
( o.a. in ‘De buurt, deel 1’). Zo nodig kan deze blz. een aanleiding zijn tot meer
oefeningen met verwijswoorden. Neem bijv. één van de voorgaande leesteksten uit
deze module, laat enkele verwijswoorden markeren en vervolgens ( na het opnieuw
lezen van het verhaal ) aangeven naar wie of wat de woorden verwijzen. Het
´terugkijken in een tekst´ is voor sommige deelnemers zeker niet vanzelfsprekend.
Blz. 43 + 44: Bewaar de woordenlijst niet tot het einde van de module. Verwijs ernaar
tijdens het lezen van de diverse teksten.
Laat bijvoorbeeld na het lezen van een tekst de bijbehorende woorden in de
woordenlijst markeren.
Als een woord niet in het woordenboek te vinden is, adviseer de deelnemers dan om
in de woordenlijst te kijken. Of bekijk, na het opzoeken in het woordenboek, wat
erover in de woordenlijst staat.
Aan het einde van de module zijn er nog goede oefeningen die specifiek met de
woordenlijst gedaan kunnen worden:
- De docent leest ( een deel van) de omschrijving.
Deelnemers zoeken en/of zeggen het bijbehorende woord.
- Maak een kopie van een deel van de woordenlijst ( bijv. 15 items).
50
Alfa Plus
Module 12
Gezondheid 2
Laat losknippen, ‘husselen’ en weer sorteren.
- Lees in duo’s: één leest het woord, de ander de omschrijving.
- Lees in duo’s: één leest het woord, de ander leest alleen de (blauwe) voorbeeldzin.
51

Alfa Plus Module 12 Gezondheid 2

Transkript

Benzer belgeler

AEROBİK CİMNASTİK FIG – DÜNYA YAŞ GRUPLARI YARIŞMA